Jos Deuling, zaterdag 23 juni 2018
Het Zweedse allemansrecht (allemansrätten) — "Niet storen en niets verstoren"
De natuur betekent veel voor de Zweden. In Zweden is de natuur vrij toegankelijk, zelfs natuurgebieden van particulieren. Dit wordt het allemansrecht
(allemansrätt) genoemd. Het allemansrecht is een belangrijk onderdeel van de Zweedse cultuur.
Allemansrecht regelt de omgang met de natuur, dieren en planten. Het recht geeft aan waar, hoe en gedurende welke perioder men in de natuur mag
verblijven. Het is geen officiële wet maar een gewoonterecht ontstaan in de Middeleeuwen. Enkele onderdelen van het allemansrecht zijn wel
vastgelegd, de wet op de jacht bijvoorbeeld.
Rechten en plichten
Het allemansrecht geeft de inwoners van Zweden en buitenlandse bezoekers een grote bewegingsvrijheid in de natuur. Maar het brengt ook verplichtingen
met zich mee. Wie zich hier niet aan houdt kan bestraft worden.
Sommige delen van allemansrecht zijn een kwestie van interpretatie. Het is daarom verstandig bij twijfel de lokale autoriteiten of landeigenaren om
uitleg te vragen.
Regels en voorschriften naleven
Hou je aan de regels, ga voorzichtig met de natuur om en veroorzaak geen schade, dan kun je nauwelijks iets verkeerd doen.
Waaruit bestaat het allemansrecht?
Grondstukken
Je mag niet op het grondstuk bij een privéwoning verblijven en je mag het terrein ook niet oversteken. Hetzelfde geldt voor landbouwgrond en
boomaanplantingen met jonge planten. In de winter is het bij vorst en sneeuw wel toegestaan om deze percelen te doorkruisen.
2. Kamperen
Kamperen mag op plekken die niet worden gebruikt voor landbouwdoeleinden en die niet in de buurt van een woonhuis liggen. Kamperen is toegestaan voor
één nacht.
Als je met meer dan twee tenten reist dan moet je contact opnemen met de landeigenaar. Ook al is het maar voor één nacht.
3. Campers en caravans
Als je buiten een camping wilt kamperen met camper of caravan, dan moet je of direct langs de weg of op een rustplaats parkeren (maximaal 24 uur, in
het weekeinde ook tot de volgende werkdag). Lokale regelgeving kan dit echter verbieden.
Op privéwegen, vooral in het zicht van huizen, mag je met een camper of caravan alleen overnachten in overleg met de grondeigenaar, ook al is het
maar voor één nacht. Op sommige privéwegen is autorijden sowieso volledig verboden (let op borden en/of slagbomen).
4. Afval
Laat geen afval achter in de natuur. Als je kampeert op een plaats waar al afval ligt, neem dit dan mee. Dan kan niemand zeggen dat het afval van jou
afkomstig is.
5. Motorvoertuigen
Het is niet toegestaan om in de vrije natuur met motorvoertuigen te rijden.
Veel Zweden negeren deze wet ("terrängkörningslag") echter, omdat ze bijna overal in de natuur met hun quads ("fyrhjulingar"), hun motorcross-
motorfietsen ("MC") en hun sneeuwscooters ("snöscooter") op pad zijn. De weerstand hiertegen neemt echter toe, zodat er nu in Noord-Zweden zones zijn
waar ook sneeuwscooters niet langer zijn toegestaan.
Rijden met gemotoriseerde voertuigen kan ook worden verboden op particuliere wegen. Dit is ter beoordeling van de eigenaar. Let op de borden.
6. Boten
Als je met een boot onderweg bent (kajak, motorboot of zeilboot), dan kun je overal aanmeren, behalve in de buurt van woonhuizen.
Deze toestemming geldt echter niet voor ligplaatsen, aanlegsteigers en stranden die horen bij een woning of het gebied rondom een woning. Dus blijf
uit het zicht van de woningen om niemand lastig te vallen.
Als je meer dan één nacht voor anker wilt blijven, vraag dan toestemming aan de eigenaar of verhuurder.
Er gelden beperkingen voor militaire gebieden en vogelreservaten.
7. Open vuur en brandhout
Maak geen open vuur als de lokale autoriteiten een "eldningsförbud" (vuurverbod) hebben opgelegd. Dit doen ze bij langdurige droogte, meestal in de
periode van maart tot juni. De kans op bosbranden is dan groot. Als je het niet zeker weet, dan kun je de brandweer bellen ("räddningstjänsten").
Bij harde wind mag je geen vuur maken. Het vuur zou zich kunnen verspreiden.
Zaag geen struiken of bomen om en breek geen takken of twijgen af. Droge takken die op de grond liggen mag je meenemen als brandhout.
Als je vertrekt zorg er dan voor dat het vuur echt gedoofd is. Giet er een emmer water overheen.
8. Bessen, bloemen en paddenstoelen
Bessen, paddenstoelen en bloemen mag je plukken. Het is echter verboden om beschermde planten uit te graven en mee te nemen.
Blauwe anemonen ("blåsippor") en orchideeën zijn beschermd. Je kunt een boeket van enkele beschermde bloemen maken voor eigen gebruik. Sommige
planten zijn alleen regionaal beschermd.
9. Vissen en jagen
Vissen en jagen is niet toegestaan vanwege het allemansrecht. Voor bijna alle binnenwateren is een visvergunning ("fiskekort") vereist. Zonder
visvergunning kun je wel in de vijf grootste meren vissen: Mälaren, Vänern, Vättern, Hjälmaren en Storsjön in Jämtland.
Je mag mag alleen met een hengel vissen, niet met een net.
Aan de lange Zweedse kustlijn heb je meestal geen visvergunning nodig.
Je mag op een aanlegsteiger gaan zitten om te vissen maar je moet de steiger verlaten als de eigenaar hem zelf wil gebruiken.
10. Honden
Honden moeten tussen 1 maart en 20 augustus aangelijnd zijn, zodat het wild in alle rust zijn jongen kan grootbrengen.
In principe is de leiband het hele jaar door verplicht, want ook buiten de periode maart-augustus moet een hond zo worden begeleid dat hij de wilde
dieren in de natuur niet kan achtervolgen.
Zweden laten zelden hun honden vrij in de natuur lopen. Ook uit consideratie voor wandelaars.
11. Natuurreservaten
In het algemeen gelden speciale regels voor natuurgebieden en nationale parken.
In natuurgebieden en nationale parken is het allemansrecht niet of gedeeltelijk van kracht. Kamperen en fietsen kan hier ook verboden zijn. Lees de
borden in deze gebieden.